Bio- Energetische Geneeskunde & Generatiewerk
Bio-energetische geneeskunde die werkt op DNA- en celniveau.
Bij stress, trauma, verlies of onbegrepen fysieke/chronische klachten.
Een praktijk waar je wordt gezien in je geheel – lichaam, ziel en lijn van generaties.
Wanneer de leer van Hippocrates, de taal van energie en de stemmen van de voorouders samenkomen, daar ademt Het Witte Kind

Het Witte Kind is de energetische betekenis van mijn naam Christina.
Ze staat symbool voor het pure, ongeconditioneerde zuivere Zelf.
In jou leeft dit innerlijke kind: ons oorspronkelijke wezen, vrij van maskers, levend in waarheid en zuiverheid.
Wie ben jij voor het verhaal. Je bent niet gebroken. Je bent vergeten wie je bent.
Mijn werk is om je zachtjes terug te brengen naar die herinnering, gericht op herstel, zuivering, bescherming en het brengen van harmonie.
Daar waar het lichaam ontspant, het hart opent, en de generaties voor en na jou kunnen ademen.
Bio-Energetische Geneeskunde & Generatiewerk​
Bij Het Witte Kind kies je voor een vorm van geneeskunde die verder kijkt dan de klacht, maar naar de oorsprong van het signaal, of het nu gaat om fysieke spanningen, emotionele overbelasting of onbegrepen gedrag — elk signaal vertelt een verhaal. Fysieke klachten worden niet gezien als vijand, maar als boodschapper van een systeem dat zich wil bevrijden. Het gaat niet om symptoombestrijding maar een transformatie van het zelf herstellend vermogen van jouw lichaam.
​Soms is dat jouw verhaal
Soms het verhaal van je kind.
En vaak... een verhaal dat al generaties lang wordt doorgegeven. Via bio-energetische geneeskunde en generatiewerk openen we samen het lichaam als geheugen,en maken we ruimte voor dat wat niet langer vast hoeft te zitten.
Voor volwassenen betekent dit:
-je eigen plek terugvinden
-lichamelijke klachten vanuit de diepere oorzaak benaderen
-bevrijding uit patronen die niet (meer) van jou zijn.
​
Voor kinderen betekent het:
-erkenning van hun gevoeligheid
-verlichting van fysieke of emotionele overbelasting
-ruimte om zichzelf te mogen zijn, los van wat zij onbewust dragen
Herstel ontstaat niet door symptoombestrijding, maar door herinnering aan wie je werkelijk bent — vrij, verbonden en heel.
​
Bij Het Witte Kind staat die herinnering centraal.
Zacht, diep en precies afgestemd op wie jij (of je kind) bent.
​Het is lichaamsgericht én energetisch werk. Je kijkt naar waar in het lichaam energie vastzit, en hoe je die kunt losmaken en herstellen.
Bio staat voor het leven zelf — de biologie van jouw bestaan, de levenskracht die in elk van jouw cellen stroomt. Het gaat om het begrijpen en ondersteunen van de natuurlijke wijsheid van jouw lichaam, waarin gezondheid en herstel van binnenuit ontstaan.
Iedereen draagt een unieke biologische blauwdruk in zich, vastgelegd in het DNA.
Generatiewerk richt zich op de overdracht tussen generaties: hoe emoties, trauma’s, overtuigingen en gedragspatronen via het familiesysteem worden doorgegeven — vaak onbewust.
Het is verwant aan systemisch werk of familieopstellingen, maar gaat vaak dieper op het energetisch en epigenetisch niveau. Het helpt je zien: Wat draag ik mee dat niet van mij is? En wat mag ik teruggeven aan mijn lijn?
🧬 Epigenetica: de brug tussen wetenschap en ziel
Epigenetica toont ons dat we meer zijn dan ons DNA. Genen dragen de informatie, maar het zijn onze ervaringen — én de ervaringen van onze voorouders — die bepalen hoe die genen aan- of uitgeschakeld worden.
Stress, trauma, liefde, veiligheid, uitsluiting — alles laat sporen na in het lichaam.
En deze sporen kunnen doorgegeven worden, generaties lang.
Fysieke klachten worden niet gezien als vijand, maar als boodschapper van een systeem dat zich wil bevrijden.
​
​Wat draagt dit lichaam uit het familiesysteem?
Wat is niet uitgesproken, maar leeft voort in cellen, zenuwbanen, weefsel?
Wat vraagt om erkenning, zodat het zich kan ontbinden?
Emoties en patronen worden niet meer onderdrukt, maar gevoeld en erkend — soms teruggaand tot grootouders of eerdere generaties.
​
Voor wie?
​-Chronische klachten en onverklaarbare pijn
-Stress en burn-out
-Emotionele blokkades en trauma’s, ook door zwangerschapsverlies of verlies van een kind vóór de geboorte
-Gevoelige kinderen die worstelen met prikkels, energie en gezondheid
-Mensen die verlangen naar diepe, blijvende balans en heling op fysiek, emotioneel, voorouderlijk en spiritueel niveau
​
Waarom deze werkwijze:
Omdat echte genezing niet begint bij bestrijden, maar bij begrijpen.
Niet bij controle, maar bij contact. En omdat je lichaam- als boodschapper van je ziel en familiesysteem- weet waar het vastzit, en ook hoe het weer wil stromen.
Ik werk niet “vanuit techniek”, of alleen maar uit protocollen, maar vanuit een diepe energetische aanwezigheid.
Ik neem waar, waar de verstoringen en schadelijke invloeden zich bevinden. Bijvoorbeeld angst, spanningen, invloeden van anderen.
Ik verwijder deze verstoringen en hertel jouw natuurlijke stroom van zelfhelend vermogen.
Ik belichaam rust, afstemming en intuïtief weten. Wanneer ik met een cliënt werkt, doe ik dat vanuit zachte openheid, zonder oordeel.
Mijn praktijk draait niet alleen om genezen — maar om bewustwording van keuzemogelijkheden.
Ik ondersteun mensen in het herclaimen van hun eigen kracht:
Mijn methodes zijn diep transformerend, maar altijd vanuit liefde waarbij ik ruimte houdt voor jouw vrije wil.
Mijn praktijkruimte straalt rust uit, een plek waarbij jij gezien word verder dan je verhaal.
Ik draag bij aan jouw eigen medicijn die in jou zit, een holistische genezing op een diep, tijdloos niveau..
"Zoals Hippocrates gezondheid beschreef als het herstellende evenwicht van lichaam en ziel, zo staat praktijk Het Witte Kind symbool voor de herinnering aan onze oorspronkelijke zuiverheid en innerlijke genezende kracht."

Welkom bij Het Witte Kind
Waar wetenschap en wonder samenkomen
​
In ieder kind, in elke ziel,
ligt een blauwdruk, stil en mild.
Een gouden kaart vol levenskracht,
die jouw lichaam niet is vergeten,
ook al is het soms wat zacht.
​
Soms dragen we verhalen mee,
van lang geleden, ver of dichtbij.
Ze fluisteren in onze cellen stil,
en zeggen zachtjes: “Hé, hoor jij mij?”
​
Dat is epigenetica, klein en fijn,
een onzichtbaar draadje in jouw zijn.
Maar wonderlijk genoeg kun jij
die oude lagen loslaten, vrij.
​
Met zachte hand en lichtgevend spel,
fluistert het lichaam zijn betoverend spel.
Een dans van klanken, een zilveren traan,
die jouw gouden blauwdruk zacht zal doen ontwaken gaan.
​
Dus of je nu klein bent of al groot,
met prikkels, pijn of zonder hoop:
Hier mag je landen, licht en zacht,
en ontwaakt de magie die in jou altijd zachtjes wacht.
​
​​
​
De Gouden stemvork
Een sprookje van Martine Bijl, met de tekeningen van Anton Pieck

In de dagen dat alle mensen nog van mooie muziek hielden - en dat is al heel wat jaren geleden- regeerden er een koning en koningin over een klein, welvarend land.
Ze bezaten drie mooie dochters en de koninklijke familie werd door iedereen bemind en bewonderd.
De koning hield er een uitgebreide hofhouding op na en omdat hij van gezelligheid hield, was er bijna iedere avond iets aan de hand in het paleis. Nu eens werd er een toneelstuk opgevoerd, waarbij de kok en de koetsier zich ontpopten als voortreffelijke acteurs, dan weer speelde het hoforkest de vrolijkste wijsjes, waarbij de opperstalmeester en de bierbrouwer ijverig de fluit en de vedel hanteerden.
Als er betrekking aan het hof vrij kwam, kwamen er natuurlijk honderden mensen opdraven. De koning stelde echter zulke hoge eisen, dat de meeste gegadigden al snel afvielen. Als je bijvoorbeeld kwam solliciteren naar het baantje van hulpschoenlapper, moest je allereerst een proeve van muzikale of andere artistieke bekwaamheid afleggen. Als je niet minstens een lijster kon imiteren kon je de aanstelling wel vergeten, maar speelde je redelijk tuba of hoorn, dan was je kostje gekocht- ook al had je geen snars verstand van schoenlappen.
De koning zelf speelde prachtig op het orgel. De oudste dochter - die Armande heette- speelde harp en de middelste, wier naam in vergetelheid is geraakt, oefende dagelijks op de draailier.
De jongste dochter, die Estrella werd genoemd, was evenwel zo muzikaal als de staart van een speenvarken. Ze kon geen muzieknoot van een bloemkool onderscheiden en als ze in het paleiskoor zong, sloeg de klokkenluider, die tevens koordirigent was, zich kreunend tegen het voorhoofd.
De koning en de koningin hielden veel van hun dochter en ze lieten dan ook nooit merken, dat ze zich zorgen maakten over haar gebrek aan muzikaliteit. Maar na afloop van een groot dansfeest op het paleis, waarbij Estrella tijdens et walsen weer tien keer over haar eigen voeten was gestruikeld omdat ze de maat net kon houden, besloot de koning een muziekonderwijzer voor zijn jongste dochter in dienst te nemen. Hij zou zijn minister van Vrolijke Zaken erop uit sturen om een man te zoeken, die zijn dochter minstens het do-re-mi-fa-sol en een paar danspasjes zou kunnen bijbrengen. Misschien was het nog niet te laat.
Toen de opdracht hem bereikte, schudde de minister van Vrolijke Zaken treurig zijn hoofd. Zo'n man was in het hele land niet te vinden, daar was hij zeker van. Maar ja, de koning had hem opgedragen en als hij minister van Vrolijke Zaken wilde blijven, had hij maar te gehoorzamen.
Veel zin om op reis te gaan had hij niet en daarom besloot hij de klokkenluider in zijn plaats te sturen; daar zou de koning het wel mee eens kunnen zijn. De klokkenluider voelde echter onverwacht een hevige verkoudheid opkomen en hij gaf de opdracht door aan de poortwachter, die nog veel minder heil zag in een speurtocht naar een man die niet te vinden was.
Toen er dan ook een mandenmaker voorbij kwam, drukte de poortwachter hem een zilverdukaat in de hand met de opdracht zo spoedig mogelijk terug te komen met een muziekonderwijzer, die de jongste koningsdochter het do-re-mi-fa-sol en een paar danspasjes zou kunnen leren.
Toen de poortwachter terugkeerde naar zijn plaatsje bij de poort, keek de mandenmaker hem verbaasd na. een muziekonderwijzer? Waar moest hij die vandaan halen? Nou ja, de opdracht kwam van het koninklijk paleis en diende dus dadelijk uitgevoerd te worden. De mandenmaker schudde zijn hoofd en vervolgde zijn weg, nu op zoek naar een muziekonderwijzer voor prinses Estrella.
​
De volgende dag vroeg de koning aan zijn minister van Vrolijke Zaken, waarom hij nog niet weg was. De minister antwoordde dat hij de klokkenluider had opgedragen een muzieklereaar te zoeken, daar kon Zijne Majesteit het toch wel mee eens zijn?
'Daar ben ik het helemaal niet mee eens!' riep de koning boos, 'de klokkenluider is daartoe niet in staat! U hebt zich aan Uw opdracht onttrokken en U bent bij deze ontslagen!'.
En de minister kon zijn biezen pakken.
Via de klokkenluider kwam de koning bij de poortwachter, die hem vertelde dat hij de opdracht aan een toevallig voorbijkomende mandenmaker had doorgegeven.
'Een mandenmaker!' riep de koning. En hij hief zijn handen wanhopig ten hemel, want nu had hij er helemaal geen vertrouwen meer in. Bedroefd ging hij naar binnen.
Zijn dochter zou voorlopig geen liedje kunnen zingen, dat stond wel vast.
​
​

De mandenmaker liep inmiddels van deur tot deur, van dorp tot dorp, op zoek naar een muziekonderwijzer.
Hij vroeg de boerinnen op het land of zij zo iemand kenden, maar iedereen schudde het hoofd. Slechts een keer vond hij op zijn weg een muziekonderwijzer, maar deze zei dat de jongste koningsdochter zo onmuzikaal was, dat er geen eer aan te behalen viel.
Zo zwierf de mandenmaker verder, en verder, totdat hij op een warme dag moedeloos en vermoeid neerzonk aan de kant van een smal bospad, waar hij bijna onmiddellijk in slaap viel. Toen hij zo een poosje had gelegen, werd hij op zijn schouder getikt. Hij opende zijn ogen en keek recht in het ronde gezicht van een vriendelijke kabouter. Z'n baard was pluizig en verward en op zijn hoofd droeg hij een slappe puntmuts.
'Goeden middag, mandenmaker', zei de kabouter. 'U bent op zoek naar iemand die in heel het land niet te vinden is. Of heb ik ongelijk?'.
'Hoe weet U dat?' vroeg de mandenmaker, terwijl hij zijn ogen uitwreef.
'Wij muziekkabouters weten alles. De minister van Vrolijke Zaken is ontslagen, omdat hem was opgedragen waar U op dit moment mee bezig bent. Uw plichtsgevoel gaat ver uit boven dat van de minister en daarom vinden wij, dat Uw trouw aan de koning beloond moet worden. Volgt U mij!' en met die woorden verdween de kabouter tussen de varens.
De mandenmaker begreep er niets van het verhaal, maar hij stond op en hij had de grootste moeite de rode muts tussen de varens niet uit het oog te verliezen. Na een poosje kwamen ze op een open plek in het bos.
Overal klonken muziekinstrumentjes: trompetjes, viooltjes, klokkenspelletjes, allemaal even hoog en zacht.
In een huisje zaten vier muziekkabouters te dommelen bij de tere klanken van een klein clavecymbel, dat in een holle boom stond en bespeeld werd door een magere, maar gelukkig uitziende kabouter.
'Nou?' vroeg de kabouter, omhoogziend naar de mandenmaker, 'U hebt zoiets al eerder gezien of gehoord?'Hij wachtte het antwoord niet af en klapte in zijn handen. Dadelijk verstomde de muziek.
'Jacobertus, breng mij eens een zilveren stemvork. Of nee-breng maar een gouden. Het is voor een verheven doel.
Prompt kwam een geheel in het blauw geklede muziekkabouter aanrennen met een gouden stemvork op een scharlaken kussentje.
'Hiermee', sprak de kabouter met de rode puntmuts, terwijl hij de stemvork in de bevende hand van de mandenmaker legde, 'zilt U de koning weer gelukkig maken.
Ga naar het paleis en vraag of U op de eerstvolgende feestavond aanwezig mag zijn. Vind uit, wie de jongste koningsdochter is en sla in haar naaste omgeving met deze stemvork op het eerste 't beste voorwerp dat U tegenlomt. Niet te hard, want kristal kan breken, maar de leuning van een stoel is er bijvoorbeeld geschikt voor.
Veel geluk.

De mandenmaker kon gaan en toen hij met de stemvork in zijn zak terugkeerde naar het bospad, klonken hem de tonen van de trompetjes en harpjes nog lang in de oren na.
Natuurlijk deed hij zoals hem gezegd was en zonder moeite werd hij toegelaten op het paleis, waar juist weer eens een groot feest gevierd werd. Al spoedig kwam hij erachter wie Estrella, de jongste koningsdochter was. Hij nam plaats op een sofa tegen de muur, dicht bij de plek waar de prinses met een hofdame stond te praten.
Het orkest zette een snelle polonaise in. De mandenmaker wist niet of dit het juiste moment was, maar hij gaf met de stemvork een ferme tik op de zijleuning van de sofa. Er klonk een heldere toon, die zich vermengde met de klanken van het orkest. En op dat moment rende de jongste koningsdochter naar de eerste de beste zaalwachter, trok hem naar de dansvloer en toen danste zij, zo mooi en sierlijk, dat iedereen bij haar in het niet zonk. De koning en koningin verhieven zich van hun zetels en keken vol verbazing naar hun kind, dat daar zo onbekommerd draaide en zwierde.
Toen de mandenmaker zijn stemvork ten tweede male liet klinken, liet Estrella de geschrokken zaalwachter los, trippelde naar de kapelmeester en vroeg hem, het orkest de eerste maten van het lied van de Perebloesem te laten inzetten. Verbijsterd voldeed de kapelmeester aan haar verzoek. En Estrella zong. Ze zong zo zuiver en schoon, dat iedereen al spoedig de tranen van ontroering over zijn wangen voelde biggelen.
'Hoe is het mogelijk!'riep de koning telkens weer. Hij wilde van blijdschap op zijn handen gaan lopen, maar hij werd door de koningin tot de orde geroepen.
Toen het lied uit was, werd Estrella door haar beide zusters uitbundig op de wangen gekust. Niemand wist wat er met de jongste prinses was gebeurd, en iedereen vroeg zich af wat de oorzaak van deze verheugende verandering kon zijn.
De mandenmaker wist niet goed wat hij verder nog moest doen. Hij was een bescheiden man en hij besloot, nu hij zijn werk met de stemvork had verricht, ongezien het feest te verlaten. Maar halverwege de marmeren paleistrap bleef hij staan. Hij diepte de stemvork uit zijn broekzak en bekeek hem bij het heldere licht van de kristallen kroonluchter in de hal. Wie weet werkte de kracht van de stemvork maar heel even.
In dat geval zou Estrella over een poosje weer even beroerd zingen als ze altijd gedaan had. En dan was alle moeilte voor niets geweest. Nee hij moest de stemvork in het paleis achterlaten.
De mandenmaker sprong de trappen weer op en rende de troonzaal binnen. Iedereen keek verschrikt op, toen de eenvoudig geklede man recht op de koning afliep, hem de stemvork voorhield en stamelde: 'Dit is 'm. Hierdoor komt het dat Uw dochter....eh-'.
Voorzichtig nam de koning de stemvork in zijn handen en met de tranen van ontroering nog in zijn ogen vroeg hij, wat dit alles wek te betekenen had.
En de mandenmaker vertelde zijn verhaal. Over de poortwachter, die hem een zilverdukaat had gegeven met de opdracht een muziekonderwijzer voor Estrella te vinden. Over het vruchteloze zoeken. En over de muziekkabouters, die hem tenslotte uit de nood hadden geholpen. Alle aanwezigen luisterden ademloos toe en waren diep onder de indruk.
'Laat de bazuinblazers dadelijk aantrden!'riep de koning, toen de mandenmaker was uitgesproken. De bazuinblazers zaten toevallig in het orkest en nadat er enige muzieklessenaars waren omgekletterd, verschenen zij buigend voor de koning.
'Gaat Uw gang, heren', sprak de koning.
Er klonk een schitterend driestemmig signaal. De koning stond op en sloeg zijn arm om de schouder van de mandenmaker, die stond te trillen als een berkenblaadje in de voorjaarswind. 'Ziehier onze nieuwe miniter van Vrolijke Zaken!' riep hij.
Een luid gejubel brak los. Leve de nieuwe minister, juichte iedereen.
En het feest werd tot diep in de morgen voortgezet.
​
In de jaren die volgden bleef de minister, naast het uitoefenen van zijn functie, de mooiste manden maken.
Als hij weleens de poort uitkwam om in de stad feestneuzen te gaan kopen, keek de poortwachter een andere kant uit...
De koning stuurde de muziekkabouters iedere week een kistje van zijn beste wijn. En Estrella ging zo van de nieuwe minister van Vrolijke Zaken houden, dat zij later met hem trouwde.
Maar dat is weer een ander verhaal!
​
